sijpel neer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sijpel neer    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈsɛipəl ˈner/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • sij·pel neer
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
neersijpelen

sijpel (…) neer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neersijpelen
    • Ik sijpel neer. 
  2. gebiedende wijs van neersijpelen
    • Sijpel neer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neersijpelen
    • Sijpel je neer? 

Gangbaarheid

  • Het woord sijpel neer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.