slaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  slaat    (hulp, bestand)
  • IPA: /slaːt/
Woordafbreking
  • slaat

Werkwoord

vervoeging van
slaan

slaat

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slaan
    • Jij slaat. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van slaan
    • Hij slaat. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van slaan
    • Slaat! 

Gangbaarheid

  • Het woord slaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.