sliepe

Limburgs

Uitspraak
  • IPA: /ˈsliːpɐ/ (Etsbergs)
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
sliepe
sleep
geslepe
klasse 1 volledig

Werkwoord

sliepe

  1. slijpen
    «Doe mós daen blieèrsstek ieës slieëpe beveures sjrieve.»
    Je moet die potlood eerst slijpen voordat je er mee kunt schrijven.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.