snelde af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  snelde af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • snel·de af

Werkwoord

vervoeging van
afsnellen

snelde af

  1. enkelvoud verleden tijd van afsnellen
    • Ik snelde af. 
    • Jij snelde af. 
    • Hij, zij, het snelde af. 

Gangbaarheid

  • Het woord snelde af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.