speelt kaart

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  speelt kaart    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈspelt ˈkart/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • speelt kaart
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
kaartspelen

speelt (…) kaart

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaartspelen
    • Jij speelt kaart. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaartspelen
    • Hij speelt kaart. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kaartspelen
    • Speelt kaart! 

Gangbaarheid

  • Het woord speelt kaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.