stabilootje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stabilootje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sta·bi·lo·tje

Zelfstandig naamwoord

hetstabilootjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stabilo
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.