stikt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stikt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • stikt

Werkwoord

vervoeging van
stikken

stikt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stikken
    • Jij stikt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stikken
    • Hij stikt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van stikken
    • Stikt! 

Gangbaarheid

  • Het woord stikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.