stikte af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stikte af (hulp, bestand)
Woordafbreking
- stik·te af
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afstikken |
stikte af
- enkelvoud verleden tijd van afstikken
- Ik stikte af.
- Jij stikte af.
- Hij, zij, het stikte af.
- Ik stikte af.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.