stuntelt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stuntelt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • stun·telt

Werkwoord

vervoeging van
stuntelen

stuntelt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stuntelen
    • Jij stuntelt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stuntelen
    • Hij stuntelt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van stuntelen
    • Stuntelt! 

Gangbaarheid

  • Het woord stuntelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.