swingde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  swingde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • swing·de

Werkwoord

vervoeging van
swingen

swingde

  1. enkelvoud verleden tijd van swingen
    • Ik swingde. 
    • Jij swingde. 
    • Hij, zij, het swingde. 

Gangbaarheid

  • Het woord swingde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.