tegelwipte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tegelwipte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- te·gel·wip·te
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| tegelwippen |
tegelwipte
- enkelvoud verleden tijd van tegelwippen
- Ik tegelwipte.
- Jij tegelwipte.
- Hij, zij, het tegelwipte.
- Ik tegelwipte.
Gangbaarheid
- Het woord 'tegelwipte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.