tegenspeelde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tegenspeelde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • te·gen·speel·de

Werkwoord

vervoeging van
tegenspelen

tegenspeelde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van tegenspelen
    • ... dat ik tegenspeelde. 
    • ... dat jij tegenspeelde. 
    • ... dat hij, zij, het tegenspeelde. 

Gangbaarheid

  • Het woord tegenspeelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.