terugsla
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: terugsla (hulp, bestand)
Woordafbreking
- te·rug·sla
Werkwoord
vervoeging van |
---|
terugslaan |
terugsla
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugslaan
- ... dat ik terugsla.
- (in een bijzin) aanvoegende wijs van terugslaan
- ... dat men terugsla.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord terugsla staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.