terugvliegt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: terugvliegt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- te·rug·vliegt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
terugvliegen |
terugvliegt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugvliegen
- ... dat jij terugvliegt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugvliegen
- ... dat hij terugvliegt.
Gangbaarheid
- Het woord terugvliegt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.