trams

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  trams    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • trams

Zelfstandig naamwoord

detramsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tram
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord trams staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Engels

Zelfstandig naamwoord

trams mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tram

Werkwoord

trams

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) tram
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.