transplanteerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: transplanteerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- trans·plan·teer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
transplanteren |
transplanteerde
- enkelvoud verleden tijd van transplanteren
- Ik transplanteerde.
- Jij transplanteerde.
- Hij, zij, het transplanteerde.
- Ik transplanteerde.
Gangbaarheid
- Het woord transplanteerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.