trouwden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  trouwden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • trouw·den

Werkwoord

vervoeging van
trouwen

trouwden

  1. meervoud verleden tijd van trouwen
    • Wij trouwden. 
    • Jullie trouwden. 
    • Zij trouwden. 

Gangbaarheid

  • Het woord trouwden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.