uitdraagt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitdraagt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·draagt

Werkwoord

vervoeging van
uitdragen

uitdraagt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdragen
    • ... dat jij uitdraagt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdragen
    • ... dat hij uitdraagt. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitdraagt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.