uithuwelijkte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uithuwelijkte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·hu·we·lijk·te

Werkwoord

vervoeging van
uithuwelijken

uithuwelijkte

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uithuwelijken
    • ... dat ik uithuwelijkte. 
    • ... dat jij uithuwelijkte. 
    • ... dat hij, zij, het uithuwelijkte. 

Gangbaarheid

  • Het woord uithuwelijkte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.