uithuwelijkte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: uithuwelijkte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- uit·hu·we·lijk·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uithuwelijken |
uithuwelijkte
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uithuwelijken
- ... dat ik uithuwelijkte.
- ... dat jij uithuwelijkte.
- ... dat hij, zij, het uithuwelijkte.
- ... dat ik uithuwelijkte.
Gangbaarheid
- Het woord uithuwelijkte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.