uitjoel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitjoel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·joel

Werkwoord

vervoeging van
uitjoelen

uitjoel

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitjoelen
    • ... dat ik uitjoel. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitjoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.