uitruimden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: uitruimden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- uit·ruim·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitruimen |
uitruimden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van uitruimen
- ...dat wij uitruimden.
- ...dat jullie uitruimden.
- ...dat zij uitruimden.
- ...dat wij uitruimden.
Gangbaarheid
- Het woord uitruimden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.