uitwerk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: uitwerk (hulp, bestand)
Woordafbreking
- uit·werk
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitwerken |
uitwerk
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwerken
- ... dat ik uitwerk.
Gangbaarheid
- Het woord uitwerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.