uitzeilde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitzeilde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·zeil·de

Werkwoord

vervoeging van
uitzeilen

uitzeilde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitzeilen
    • ... dat ik uitzeilde. 
    • ... dat jij uitzeilde. 
    • ... dat hij, zij, het uitzeilde. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitzeilde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.