urineerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: urineerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- uri·neer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
urineren |
urineerde
- enkelvoud verleden tijd van urineren
- Ik urineerde.
- Jij urineerde.
- Hij, zij, het urineerde.
- Ik urineerde.
Gangbaarheid
- Het woord urineerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.