uso's

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uso's    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈuzos/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • uso's
Woordherkomst en -opbouw
  • uso met uitgang -s

Zelfstandig naamwoord

deuso'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord uso
      De termijn in eenen wisselbrief uitgedrukt, welke op eenen of meer dagen, maanden of uso's na zigt getrokken is, begint te loopen op den eersten dag na dien waarop de acceptatie of het protest van non-acceptatie gedaan is.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'uso's' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “De Nederlandsche wetgeving” (1840), Elix & co, Amsterdam, p. 940 art. 151
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.