vaardigde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vaardigde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vaar·dig·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vaardigen |
vaardigde
- enkelvoud verleden tijd van vaardigen
- Ik vaardigde.
- Jij vaardigde.
- Hij, zij, het vaardigde.
- Ik vaardigde.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.