vastlegt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vastlegt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vastĀ·legt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vastleggen |
vastlegt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastleggen
- ... dat jij vastlegt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastleggen
- ... dat hij vastlegt.
Gangbaarheid
- Het woord vastlegt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.