vastrijdt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vastrijdt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vast·rijdt

Werkwoord

vervoeging van
vastrijden

vastrijdt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastrijden
    • ... dat jij vastrijdt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastrijden
    • ... dat hij vastrijdt. 

Gangbaarheid

  • Het woord vastrijdt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.