vencía

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
vencer

vencía

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van vencer
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van vencer
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.