verbreek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verbreek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • verĀ·breek

Werkwoord

vervoeging van
verbreken

verbreek

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbreken
    • Ik verbreek. 
  2. gebiedende wijs van verbreken
    • Verbreek! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbreken
    • Verbreek je? 

Gangbaarheid

  • Het woord verbreek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.