verhapstukt

Uitspraak

• Geluid:  verhapstukt    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·hap·stukt

Woordherkomst en -opbouw

• vervoeging van verhapstukken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

verhapstukt

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhapstukken
   

   • Jij verhapstukt. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhapstukken
   

   • Hij verhapstukt. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verhapstukken
   

   • Verhapstukt! 

verhapstukt

1. voltooid deelwoord van verhapstukken

Gangbaarheid

• Het woord verhapstukt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.