verhoer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verhoer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·hoer

Werkwoord

vervoeging van
verhoeren

verhoer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhoeren
    • Ik verhoer. 
  2. gebiedende wijs van verhoeren
    • Verhoer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhoeren
    • Verhoer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord verhoer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.