verkaufen
Duits
Uitspraak
- Geluid: verkaufen (hulp, bestand)
- IPA: / fɛɐˈkaufən /
Woordafbreking
- ver·kau·fen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verkaufen |
verkaufte |
(hat) verkauft |
zwak | volledig | onscheidbaar |
Werkwoord
verkaufen
- overgankelijk (beursjargon) aanlappen (verkopen van een aandeel, optie, future of een ander op de beurs verhandeld product)
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.