vernagelde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vernagelde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·na·gel·de

Werkwoord

vervoeging van
vernagelen

vernagelde

  1. enkelvoud verleden tijd van vernagelen
    • Ik vernagelde. 
    • Jij vernagelde. 
    • Hij, zij, het vernagelde. 
  2. verbogen vorm van vernageld, voltooid deelwoord van vernagelen

Gangbaarheid

  • Het woord vernagelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.