< verootmoedigen
verootmoedigen/vervoeging
vervoeging van het Nederlandse werkwoord zich verootmoedigen | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
tegenwoordige tijd | verleden tijd | toekomende tijd | ||||||||||
enkelvoud | meervoud | enkelvoud | meervoud | enkelvoud | meervoud | |||||||
1 | ik | verootmoedig me | wij, we | verootmoedigen ons | ik | verootmoedigde me | wij, we | verootmoedigden ons | ik | zal me verootmoedigen | wij, we | zullen ons verootmoedigen |
2 | jij, je | verootmoedigt je | jullie | verootmoedigen je | jij, je | verootmoedigde je | jullie | verootmoedigden je | jij, je | zal, zult je verootmoedigen | jullie | zullen je verootmoedigen |
u | verootmoedigt zich/u | u | verootmoedigt zich/u | u | verootmoedigde zich/u | u | verootmoedigde zich/u | u | zult zich/u verootmoedigen | u | zult zich/u verootmoedigen | |
gij, ge | verootmoedigt u | gij, ge, gijlieden | verootmoedigt u | gij, ge | verootmoedigde u | gij, ge, gijlieden | verootmoedigde u | gij, ge | zult u verootmoedigen | gij, ge gijlieden | zult u verootmoedigen | |
3 | hij, zij, het | verootmoedigt zich | zij, ze | verootmoedigen zich | hij, zij, het | verootmoedigde zich | zij, ze | verootmoedigden zich | hij, zij, het | zal zich verootmoedigen | zij, ze | zullen zich verootmoedigen |
onvoltooid deelwoord | voltooide tijd | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | |||||||||
zich verootmoedigend | zich verootmoedigd hebben | verootmoedig u/je , verootmoedigt je | verootmoedige zich |
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.