versier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  versier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·sier

Werkwoord

vervoeging van
versieren

versier

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versieren
    • Ik versier. 
  2. gebiedende wijs van versieren
    • Versier! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versieren
    • Versier je? 

Gangbaarheid

  • Het woord versier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.