versluier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  versluier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·slui·er

Werkwoord

vervoeging van
versluieren

versluier

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versluieren
    • Ik versluier. 
  2. gebiedende wijs van versluieren
    • Versluier! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versluieren
    • Versluier je? 

Gangbaarheid

  • Het woord versluier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.