verwoog
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verwoog (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·woog
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verwegen |
verwoog
- enkelvoud verleden tijd van verwegen
- Ik verwoog.
- Jij verwoog.
- Hij, zij, het verwoog.
- Ik verwoog.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.