vigileerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vigileerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vi·gi·leer·de

Werkwoord

vervoeging van
vigileren

vigileerde

  1. enkelvoud verleden tijd van vigileren
    • Ik vigileerde. 
    • Jij vigileerde. 
    • Hij, zij, het vigileerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord vigileerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.