vluchtte af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vluchtte af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vlucht·te af

Werkwoord

vervoeging van
afvluchten

vluchtte af

  1. enkelvoud verleden tijd van afvluchten
    • Ik vluchtte af. 
    • Jij vluchtte af. 
    • Hij, zij, het vluchtte af. 

Gangbaarheid

  • Het woord vluchtte af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.