volstaat

Uitspraak

• Geluid:  volstaat    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• vol·staat

Werkwoord

volstaat

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volstaan
   

   • Jij volstaat. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volstaan
   

   • Hij volstaat. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van volstaan
   

   • Volstaat! 

Werkwoord

volstaat

1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volstaan
   

   • ... dat jij volstaat. 

2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van volstaan
   

   • ... dat hij volstaat. 

Gangbaarheid

• Het woord volstaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.