voorbijliep

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voorbijliep    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voor·bij·liep

Werkwoord

vervoeging van
voorbijlopen

voorbijliep

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorbijlopen
    • ... dat ik voorbijliep. 
    • ... dat jij voorbijliep. 
    • ... dat hij, zij, het voorbijliep. 

Gangbaarheid

  • Het woord voorbijliep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.