voorijl

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voorijl    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voor·ijl

Werkwoord

vervoeging van
voorijlen

voorijl

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorijlen
    • ... dat ik voorijl. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.