voorschotel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: voorschotel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- voor·scho·tel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voorschotelen |
voorschotel
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorschotelen
- ... dat ik voorschotel.
Gangbaarheid
- Het woord voorschotel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.