vrijwaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vrijwaar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vrij·waar

Werkwoord

vervoeging van
vrijwaren

vrijwaar

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vrijwaren
    • Ik vrijwaar. 
  2. gebiedende wijs van vrijwaren
    • Vrijwaar! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vrijwaren
    • Vrijwaar je? 

Gangbaarheid

  • Het woord vrijwaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.