vulgarisatortje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vulgarisatortje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vul·ga·ri·sa·tor·tje

Zelfstandig naamwoord

hetvulgarisatortjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vulgarisator
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.