vuurspuw
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vuurspuw (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vuur·spuw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vuurspuwen |
vuurspuw
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vuurspuwen
- ... dat ik vuurspuw.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.