wankelt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wankelt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • wan·kelt

Werkwoord

vervoeging van
wankelen

wankelt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wankelen
    • Jij wankelt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wankelen
    • Hij wankelt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van wankelen
    • Wankelt! 

Gangbaarheid

  • Het woord wankelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.