waxte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: waxte (hulp, bestand)
- IPA: / ˈwɑkstə / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- wax·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
waxen |
waxte
- enkelvoud verleden tijd van waxen
- Ik waxte.
- Jij waxte.
- Hij, zij, het waxte.
- Ik waxte.
Gangbaarheid
- Het woord waxte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.