weekmakertjes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  weekmakertjes    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • week·ma·ker·tjes

Zelfstandig naamwoord

deweekmakertjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord weekmaker
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.